Een werkgever mag nog 3 tijdelijke arbeidscontracten sluiten in een periode van maximaal 3 jaar (keten van tijdelijke contracten). Er ligt een wetsvoorstel om met ingang van 1 juli 2014 dit te wijzigen naar ten hoogste 3 arbeidscontracten in maximaal 2jaar. De oude regeling blijft van toepassing op arbeidscontracten die voor 1 juli 2014 zijn aangegaan. Wanneer een arbeidscontract na 1 juli 2014 wordt verlengd, is direct de nieuwe regeling van toepassing.
Voorbeeld: een werknemer heeft een tweede jaarcontract gehad dat eindigt op 1 september 2014. De nieuwe arbeidsovereenkomst valt direct onder de nieuwe regeling. Omdat bij een voortzetting de termijn van 24 maanden wordt overschreden, ontstaat bij voortzetting een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.
Ook wordt de opvolgingsperiode van nu 3 maanden omgezet in een periode van 6 maanden. Heeft het eerste tijdelijk contract een looptijd van 6 maanden of korter, dan mag er geen proeftijd meer worden opgenomen. Bij een arbeidscontract van 6 maanden of langer wat van rechtswege eindigt moet werkgever uiterlijk een maand voor het einde van het contract schriftelijk aan de werknemer laten weten of het contract wel of niet wordt verlengd.
Medewerkers onder de 18 jaar die maximaal 12 uur per week werken, vallen niet onder de ketenbepaling en de transitievergoeding. N.b.: alleen onder bijzondere specifieke omstandigheden is een concurrentiebeding toegestaan.